© 2024, Karl Mortier. Alle rechten voorbehouden. Geen deel van deze publicatie mag worden gereproduceerd, gedistribueerd of verzonden in enige vorm of op enige wijze, inclusief fotokopiëren, opnemen of andere elektronische of mechanische methoden, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever, behalve in het geval van korte citaten ingebed in kritieke recensies en bepaalde andere niet-commerciële toepassingen toegestaan door het auteursrecht.
www.karlmortier.be
www.thehouseofcoaching.com
www.visualselling.be
ISBN : 9789082736519
Woord vooraf!
Wanneer mijn dochter Leonie op een dag aan haar teddybeer vraagt: “Help, wat doet mijn papa eigenlijk voor werk?”, weet ik dat er een bijzonder verhaal te vertellen is.
In mijn jaren als coach heb ik één ding duidelijk geleerd: “jezelf te serieus nemen is de snelste manier om vast te lopen”. Coaching is zoveel meer dan alleen serieuze gesprekken en doelgerichte acties. Het gaat om het creëren van ruimte, het aanwakkeren van creativiteit en het ontdekken van nieuwe horizonten in de kracht van metaforen. En wanneer je jezelf benadert met een vleugje humor en lichtheid, terwijl je de cliënt serieus neemt, verschijnen er echt wonderen.
Dit boekje is meer dan een verhaal. Het is een combinatie van mijn passie voor tekenen, humor en de menselijke psyche, ondersteund door de krachtige gereedschapskist die NLP (neuro-linguïstisch programmeren) is. Het is de fusie van mijn talenten en passies die mij maken wie ik ben.
De invloed van Robert Dilts en zijn team, tijdens mijn NLP reis, is onmiskenbaar. Het aanvaarden van het innerlijke kind als metgezel, heeft mij laten zien hoe krachtig en vooral efficiënt NLP is.
Welkom in de wereld van “Help, mijn papa is een coach!”.
Ik ben trots om dit avontuur te delen.
Karl Mortier
28 januari 2024
De vraag
“Papa, wat doe jij eigenlijk de hele dag?” vraagt Leonie, terwijl ze haar teddybeer Willy zachtjes tegen haar aandrukt.
“Wel, lieve Leonie, ik help mensen zich beter te voelen. Ik luister en praat met ze, en gebruik open vragen en speciale woorden om ze te helpen.”
Ze gaat rechtop zitten in bed en kijkt me aan, ze buigt haar hoofd naar rechts, klaar met een nieuwe gedachte.
“Speciale woorden? Zijn dat toverwoorden zoals abracadabra?”
“Ja en andere magische woorden die mensen helpen om hun gedachten en gevoelens te begrijpen.”
Leonie fronst haar wenkbrauwen, duidelijk nog steeds in verwarring.
“Maar hoe kunnen woorden mensen helpen? Zijn het dan superwoorden?”
Ik ben verrast door haar antwoord.
“Op een manier wel. Ik gebruik wat leuke trucjes om mensen te helpen.”
Haar ogen rollen vol onbegrip.
“Trucjes? Toch een goochelaar? Dus papa, je bent een goochelaar die mensen verhalen vertelt om ze blij te maken?”
“Zoiets ja, ik help ze door te luisteren en verhalen te toveren.”
Leonie denkt nog dieper na, terwijl ze Willy knuffelt.
“Papa, praat je dan met ze zoals je met mij praat over waar de zon slaapt?”
Ik glimlach omdat ik geniet van haar verbeelding.
“Precies, ik probeer dingen eenvoudiger te maken zodat mensen het kunnen begrijpen. En af en toe zaai ik wat verwarring om mensen te doen nadenken.”
Haar blauwe ogen kijken bedenkelijk.
“Maar ik snap het nog steeds niet. Is het zoals wanneer ik me verdrietig voel en jij mij vertelt om te denken aan mijn gelukkigste dag? Of wanneer je grapjes maakt wanneer ik triestig ben? Dat voelt soms raar.”
“Ja, precies! Dat is een voorbeeld van wat ik doe. Het helpt mensen zich beter te voelen.”
“Ooh, dat is best cool. Dus, jij maakt mensen blij met jouw toverwoorden!”
Ze glimlacht tevreden met haar begrip over mijn magische beroep.
“Papa, jij bent een soort magische woordenheld dan!”
“Dank je wel Leonie. Dat is een compliment. En je kunt me ook een tuinman noemen. Ik zorg voor de tuin van gedachten en gevoelens van mensen.”
Leonie’s wenkbrauwen trekken samen in een frons.
“Hoe zorg je voor een tuin van gedachten en gevoelens?”
Ik zie dat het voorbeeld van de tuinman haar in verwarring brengt. Ik ben zelf wat verdwaald in mijn eigen beelden. Ik breng haar dichter naar me toe.
“Een goede vraag! Stel je voor, elke gedachte of gevoel is als een zaadje dat kan uitgroeien tot een sterke plant of een mooie bloem. Sommige zaadjes groeien uit tot mooie dingen, maar soms groeit er ook onkruid dat we weg moeten halen.”
Leonie kijkt naar Willy, alsof ze probeert het zich voor te stellen.
“Wat voor soort zaadjes plant jij, papa?”
“Ik plant zaadjes van positiviteit, creativiteit en blijdschap. En soms help ik mensen het onkruid van angst of verdriet te verwijderen.”
“Doet dat pijn? En hoe weet je welke zaadjes je moet planten en uittrekken?”
“Dat doet geen pijn. Ik luister eerst goed naar wat iemand nodig heeft. Iedereen heeft een andere tuin en heeft dus andere zaadjes nodig. Net zoals sommige bloemen zonlicht nodig hebben en andere schaduw, hebben verschillende mensen verschillende dingen nodig om te groeien.”
“Kan ik ook leren hoe ik zaadjes plant in mijn tuin en die van anderen?”
Ik glimlach zachtjes.
“Natuurlijk, je begint al door te leren over je eigen gevoelens en gedachten. Hoe meer je over jezelf leert, hoe beter je anderen kunt helpen.”
Haar ogen schitteren vol vastberadenheid.
“Dan wil ik een speciale en betoverende tuinprinses worden, net als jij, papa! Ik wil leren hoe ik mooie dingen kan laten groeien in mijn hoofd en in dat van anderen.”
Met een zachte omhelzing glijdt Leonie weg in haar droom, Willy heel dicht bij haar aangedrukt.
De Poortwachter
Leonie bevindt zich aan de rand van een weelderige, mysterieuze tuin waar de bloemen fluisteren en de bomen in zachte tonen zingen. Aan de ingang staat een imposante figuur, de poortwachter, zijn ogen kijken vriendelijk doch diepzinnig.
Leonie, met Willy onder haar arm, stapt dapper naar voren.
“Hallo, meneer. Mag ik de tuin ingaan?” vraagt ze, met een stem van respect en nieuwsgierigheid.
De poortwachter met een sleutel zo groot als zijn eigen arm, knikt beheerst.
“Welkom Leonie, ik ben Bert.”
“Dag meneer Bert, dit is Willy en ik ben…, hoe weet jij mijn naam?”
“Ik was al altijd in je leven, we hebben al kennis gemaakt.”
Leonie kijkt verwonderd.
“Ben ik welkom in je tuin?”
“Natuurlijk, het is jouw tuin en jij mag iedereen verwelkomen. Weet dat eens je binnenstapt, je eigen pad je zal leiden en je de tuin nooit meer zal verlaten.”
Leonie kijkt verward naar Willy, dan weer naar de poortwachter.
“Wat betekent het ‘om mijn eigen pad te leiden’, vind ik dan mijn weg terug?”
De poortwachter glimlacht.
“In deze tuin ontdek je paden van emoties en gedachten. Elk pad leert je iets nieuws over jezelf. Elke stap die je zet is een nieuw stukje weg. De lessen en ervaringen zullen altijd bij je blijven. De belevenissen zal je onthouden en vormen een landkaart van je leven.
Leonie’s ogen worden groot: “Zijn er andere kinderen in de tuin?”
“Er zijn veel mensen, jong en oud, die de tuin bezoeken. Sommigen zijn zoals jij, vol vragen en verlangen om te leren. Anderen zijn ouder, zoekend naar het verleden om te leven in rust.”
“En de bloemen, planten en bomen, praten die echt?”
Haar stem klinkt vol verwondering.
“Ja, in deze tuin, lieve Leonie, spreekt alles als je goed luistert. De planten, de wind, zelfs de stenen onder je voeten. Ze hebben allemaal verhalen te vertellen.”
Leonie geeft zich over aan haar nieuwsgierigheid. En dan overweldigt de twijfel.
“Wat moet ik doen als ik verdwaal of bang word?”
De poortwachter buigt zich, zijn sleutel glinsterend in het maanlicht.
“Je hebt je vriend Willy en je eigen wijsheid. Vertrouw op jezelf. Onthoud dat elke ervaring een deel is van je groei. De tuin is vriendelijk voor wie met een open hart komt.”
Met veel opwinding versmelt met een vleugje angst stapt Leonie door de poort. Haar hart bonst met de belofte van avontuur. De poortwachter kijkt haar na vol vertrouwen in haar avontuur.
Leonie stapt de magische tuin binnen een plek waar elk pad een nieuw inzicht onthult, elke bloem een verhaal fluistert, en elk moment verwondering belooft.
Met Willy aan haar zijde, is ze klaar om de geheimen van de tuin te ontdekken.
Nieuwsgierigheid
Leonie huppelt vrolijk door de tuin. Bij elke stap die ze zet, ontstaat een nieuw stukje weg. In het midden van de weg ziet ze een boom die schittert in alle kleuren. De bladeren fluisteren zachtjes met elke beweging van de wind. De boom toont met trots haar zoete vruchten.
Leonie loopt naar de boom, klaar om de boom te knuffelen en te ruiken.
“Wow, hoe kan je zo mooi en zacht zijn?” fluistert Leonie.
De boom ritselt zachtjes.
“Het is omdat jij mij mooi vindt, Leonie. De schoonheid die je ziet, is een weerspiegeling van wat je in je hart draagt. Niet iedereen ziet me zo staan als jij.”
Leonie kijkt verrast op.
“Maar ik heb zoveel vragen. Hoe kan ik net zo mooi en wijs worden als jij?”
“Gebruik je zintuigen, Leonie, hoe meer je ziet, hoort, voelt, ruikt, en proeft, hoe rijker je ervaringen zullen zijn.”
Leonie fronst haar wenkbrauwen. “Rijk? Zoals in veel geld hebben? Zoals mijn spaarpot?“
De boom lacht.
“Wees vooral rijk in je hart, rijk in je hoofd. Rijkdom ontstaat door nieuwe ervaringen. Gebruik je zintuigen om nieuwe gebeurtenissen te beleven.”
“Is dat dan nieuwsgierig zijn?” vraagt Leonie, peinzend over de woorden van de boom.
“Juist, nieuwsgierigheid is de sleutel, het leidt je naar kennis en begrip, naar een leven vol wonderen. Spaar deze belevenissen als je centjes in je spaarpot.”
Leonie’s ogen lichten op.
“Mag ik in je takken klimmen om de wereld van boven te zien?”
“Doe maar!” zegt de boom, die zijn takken uitnodigend uitspreidt.
“En wat als ik val?” twijfelt Leonie.
“Als er een tak kraakt, gebruik dan je vleugels.”
Voorzichtig klimt Leonie in de boom. Ze voelt de zachte schors onder haar handen en ruikt de frisse lucht hoog in de boom. Ze waagt zich hoger en hoger, elke tak een nieuwe stap in een wereld vol wonderen. Ze proeft de vruchten van de boom. Terwijl ze geniet van het uitzicht van de tuin. Zoveel te ontdekken.
En dan… KRAK!
De stilte van de nacht wordt abrupt verbroken door het geluid van een hevige schreeuw. Met een schok word ik wakker, mijn hart bonst. Ik haast me naar Leonie’s kamer. Ik zie haar rechtop in haar bed zitten, haar ogen zijn groot en ze ademt snel.
“Leonie, wat is er gebeurd?” vraag ik ongerust, terwijl ik naast haar op bed ga zitten.
Ze kijkt naar me op, nog steeds een beetje verdwaasd van de droom.
“Papa, ik was in een prachtige tuin en klom in een boom. Alles was zo kleurrijk en mooi… Maar toen brak een tak en ik viel. Het maakte me wakker,” vertelt ze met een trillende stem.
Ik sla mijn arm troostend om haar heen en luister aandachtig. De kalmte komt terug.
“Waren er ook leuke dingen in je droom?”
Leonie knikt, haar gezicht licht op met haar zoete glimlach.
“Ja, het was geweldig. Ik ontmoette de poortwachter die me vertelde over mijn eigen pad en een speciale boom die zei dat ik rijk kan zijn. Niet met geld, maar met wat ik zie, voel en leer.”
Ik luister aandachtig naar haar kinderlijke vertelling, elk woord doordrenkt van verwondering en onschuld. Haar stem vult de kamer met verhalen over de magische tuin, over gesprekken met bomen en over de kleuren die alles zo levendig maakten. Haar stem wordt zacht en ze sluit haar ogen. Leonie keert terug naar haar droomwereld.
Puzzelman
Terwijl Leonie haar ogen opent, ziet ze een vaag figuur voor zich. Zijn hoofd is een wirwar van puzzelstukken, elk stukje een andere kleur en patroon. Ze ligt veilig in de stevige armen van de mysterieuze puzzelman.
“Wat was me dat een val, de tak kraakte als een groot puzzelstuk.”
De raspende stem maakt Leonie meteen helemaal wakker.
“Waar ben ik? Hoe ben ik hier geland? Wat doe ik in je armen? Wie ben jij? Ik herinner me niets meer.”
“Dat is normaal,” zegt de puzzelman, “mensen vergeten soms dingen. Ze kunnen niet alles onthouden en gaan dan puzzelen.”
De puzzelman zet Leonie zachtjes op haar benen. Hij gaat opnieuw aan het werk. Terwijl ze verder praten, ziet Leonie hoe de puzzelman paden maakt. Elk pad is een route van puzzelstukken. Ze kijkt vol bewondering naar het kleurrijke werk. Leonie merkt dat er stukken ontbreken in de paden die de puzzelman aanlegt.
“Waarom laat je die plekken leeg?” vraagt ze nieuwsgierig over het onafgemaakte patroon.
De puzzelman draait zich vastberaden om.
“Deze lege plekken laat ik bewust open. Als ik elk pad volledig klaar leg, dan worden mensen lui.”
“Maar zijn mensen dan niet boos dat je hun weg niet volledig maakt?” vraagt Leonie, denkend aan hoe ze zich voelt wanneer ze een puzzel maakt en stukjes mist.
“Dat is een interessante vraag,” antwoordt de puzzelman, “als mensen boos zijn, dan is dat vooral op zichzelf, ze maken zichzelf immers boos.”
Leonie kijkt twijfelend, maar dan toont haar gezicht een nieuwe gedachte.
“En waarom gebruiken mensen dan geen fantasie in plaats van boos te zijn? Dat is toch veel leuker! Als ik een stukje mis dan teken ik zelf een stukje bij.”
De puzzelman bevestigt met een stem die warmte en wijsheid uitstraalt.
“Precies, Leonie! Fantasie is een krachtig stuk van de puzzel. Het helpt ons nieuwe wegen te creëren, onze eigen paden te vinden.”
“Dank je wel, je bent een man van één stuk!” grapt Leonie.
Terwijl ze door haar droomlandschap wandelt, voelt ze zich geïnspireerd om haar eigen weg te maken in deze wereld van eindeloze puzzels.
De waarheid
“Bollen te koop!”
“Heerlijke oliebollen!” denkt Leonie.
Onder een boom met kleurrijke bladeren, merkt Leonie een roepende waarzegster. Ze is gehuld in schitterende gewaden. Voor haar zijn kristallen bollen uitgestald met bordjes “TE KOOP AAN -50%”.
“Waarom verkoop je deze bollen?” vraagt Leonie nieuwsgierig, kijkend naar de fonkelende objecten.
“Mensen geloven me niet meer,” zucht de waarzegster, terwijl ze met een doek de bollen één voor één polijst, “daarom verkoop ik ze voor de helft van de prijs.”
“Waarom geloven ze je niet?” vraagt Leonie, haar blik onschuldig en oprecht.
“Omdat iedereen die hier komt, een eigen waarheid heeft. Ze willen niet luisteren naar wat anders is dan wat ze zelf geloven.”
Leonie fronst haar wenkbrauwen.
“En waarom heeft iedereen een eigen waarheid? Is dat omdat mensen koppig zijn en niet willen luisteren?”
“Dat kan een waarheid zijn,” knikt de waarzegster, “mensen willen misschien niet luisteren omdat ik hen de waarheid vertel. En vaak is de waarheid niet wat ze willen horen.”
“Zijn ze dan bang voor de waarheid?” vraagt Leonie, met haar stem vol verbazing.
“Soms!” antwoordt de waarzegster. “Mensen zijn vaak bang voor de gevolgen van de waarheid. Net zoals jij misschien bang bent voor de straf als je iets doet wat niet mag.”
Leonie knikt blozend terwijl een schuldgevoel haar overspoelt.
“Ik vertel ook wel eens niet de waarheid. Dat is liegen, toch?” vertelt Leonie eerlijk, “ik doe het omdat ik bang ben dat papa ontgoocheld zou zijn als ik stiekem snoep en… ik dan waarschijnlijk geen snoep meer zal krijgen.”
“Dat is interessant, je liegt omdat je bang bent dat je gestraft zal worden,” zegt de waarzegster met een glimlach. “Als je eerlijk bent, hoef je niet bang te zijn voor de gevolgen van een leugen.”
“Dat is waar,” zegt Leonie, nadenkend over de woorden van de waarzegster.
Leonie kijkt opnieuw naar de kristallen bollen.
“Waarom verkoop je de waarheid dan aan de halve prijs?”
De waarzegster is verrast door de plotse wending.
“Omdat, lief kind, zelfs de waarheid soms niet alles waard is.”
Leonie knikt, haar ogen vol begrip.
“Dus door de waarheid goedkoper te maken, hoop je dat meer mensen zullen luisteren?”
“Zeer goed,” zegt de waarzegster, terwijl ze een kristallen bol naar Leonie geeft.
Leonie wandelt verder in haar mysterieuze droom.
De zingende kikker
In de verte hoort Leonie een harmonie van muziek en zang. Met Willy onder de arm loopt ze in de richting van de wonderbaarlijke muziek. Ze ziet hoe een beek met bellen muziek maakt. Elke nieuwe waterbel is een akkoord. Deze beek is niet zomaar een waterloop. Het is een melodieuze rivier, waarbij de stroom zingt en danst bij elke versnelling.
Terwijl ze aandachtig luistert, zoekt Leonie waar die mooie stem vandaan komt. Ze merkt achter het riet een zingende kikker, zittend op een blad.
“Wat heb jij een mooie stem. Hoor je niet te kwaken, zoals alle andere kikkers?” merkt Leonie op.
“Ik ben niet zoals de andere kikkers, ik heb een uniek talent, en deze melodieuze rivier helpt mij mijn zingen te verbeteren, ik heb veel meer dan wat sprong- en kwaakkracht.”
Leonie, gefascineerd door deze muzikale ontmoeting, gaat naast de kikker zitten.
“Hoe heb je jouw unieke talent ontdekt?”
De kikker kijkt naar haar met een blik die dieper lijkt dan de rivier.
“Door te luisteren en te durven, lieve Leonie. Niet alleen naar de wereld om me heen, ook naar het stille lied in mijn eigen hart. Naar wat ik echt wil en wat voor mij belangrijk is.”
Wat is jouw unieke talent, Leonie?” vraagt de kikker nieuwsgierig.
Leonie denkt na, haar blik dwaalt over het glinsterende water vol muziek.
“Ik weet het niet zeker. Ik hou van avonturen en het ontdekken van nieuwe dingen. Ik ben nieuwsgierig. Dat is toch ook een talent?”
“Laat we de rivier afvaren,” nodigt de kikker uit, “en luister naar de melodie die de rivier brengt.”
De kikker springt af en toe op, vangt een vlieg en keert dan terug naar Leonie’s zijde, zonder zijn lied en de aandacht voor Leonie te verliezen.
Bij elke beweging die het water maakt, voelt Leonie hoe haar hart zich vult met melodieën van mogelijkheden, dromen en twijfels.
“Had ik maar een talent als jij, lieve kikker, zoals jouw zangtalent.”
“Het is aan jou Leonie, het is jouw keuze om te ontdekken wat jouw talenten zijn. Misschien heb je een zwemtalent.”
Nog voor Leonie kan antwoorden is de kikker verdwenen en stopt ineens de melodie van de rivier.
Leonie kijkt naar Willy.
“Ik ben een beetje jaloers op de kikker, en toch kan ik springen als een kikker.”
Van lelieblad naar lelieblad sprint Leonie over de rivier… Door de gladheid, glijdt ze weg. Ze valt pardoes in de kolkende rivier.
“HELP!”
Ik word wakker door de schreeuwende stem van Leonie. Snel loop ik naar haar kamer. Ik zie ze naast haar bed met ogen vol angst. Leonie baadt in het zweet.
“Heb je proberen te zwemmen in je dromen?”
Leonie kijkt me aan, haar kleine voorhoofd bedenkelijk gefronst.
“Dat is niet grappig. Ik droomde dat ik in een diepe rivier sprong, op zoek naar mijn zwemtalent. Ik gleed weg en het water zat vol enge inktvissen, ik zag niets meer!”
Ik neem plaats naast haar en leg mijn arm over haar schouder.
“Leonie, heb je al geleerd over talenten?”
Ze antwoordt zacht: “Natuurlijk, het is iets waar ik goed in ben?”
“Dat klopt, en het is ook iets wat je blij maakt, iets waar je hart sneller van gaat kloppen. Vertel me, wat maakt jou blij?”
Ze denkt even na, haar blik dwaalt af naar haar bureau.
“Ik hou van tekenen… en verhalen verzinnen.”
“En je bent er erg goed in. Mensen houden van je tekeningen en je verhalen. Denk aan de lachjes op je mama’s gezicht wanneer je haar een tekening geeft? Altijd maak jij mensen blij met jouw tekeningen.”
“Ja, ik ben daar wel een beetje fier op!” zegt ze wat bescheiden.
“Zie je, dat is jouw talent. Je kan tekenen en glimlachen toveren op mensen hun gezichten.”
“Papa, ik kan toveren net als jij!”
Ik laat ons gesprek even rusten.
“Stel dat je je droom zou beginnen tekenen?”
Leonie knikt en grijpt een vel papier van haar bureau, haar potloden in de aanslag. Terwijl ze tekent, komt haar wereld tot leven: Bert, de zingende kikker, de mysterieuze waarzegster, de man met zijn paden van puzzelstukken. Ik ga mee in de fantasie en haar verhalen.
“Ik zie dat je tekeningen steeds zo magisch zijn!”
“Ik heb talent,” bevestigt Leonie. Haar ogen weerspiegelen de trots.
“En weet je wat het beste is aan talenten? Je kunt ze altijd blijven ontwikkelen en delen met anderen. Net als jij nu doet met je tekeningen.”
Ze glimlacht, haar eerdere angsten lijken vergeten.
“Dank je, papa. Ik zal blijven tekenen en misschien op een dag…”
Met die woorden overvalt de stilte de kamer. Het is alleen gevuld met het zachte geschuifel van potlood op papier.
Ik blijf nog even zitten, ik bewonder mijn kunstenares. Haar talent en fantasie zullen haar leiden naar een wereld vol mogelijkheden en dromen.
Terwijl ik stilletjes de kamer verlaat, hoor ik de potloden op de grond vallen.
De kleurenblinde vlinder
De lucht is gevuld met fladderende vlinders.
Vreemd, één vlinder vliegt als een zwarte bromvlieg in een rechte lijn. Dit gekke schepsel is groter dan de rest, maar in plaats van kleurrijk, oogt zij alleen zwart en wit.
De vreemde vlinder landt in volle vaart op de hand van Leonie.
“Een noodlanding!” haalt de vlinder opgelucht adem.
“Waarom vlieg je als een vliegtuig rechtdoor, en doe je niet gewoon als een vlinder door gewoon vrolijk te fladderen?”
“Ik zie en vlieg alleen in zwart en wit,” antwoordt de vlinder met een directe sombere toon.
Leonie denkt even na.
“Er is meer dan zwart en wit toch?”
De vlinder stijgt als een helikopter boven de hand van Leonie. Zijn blik en positie blijven plots onveranderd.
“Ik heb bewijs nodig, iets tastbaars. Hoe kan ik geloven in iets dat ik niet kan waarnemen?”
Leonie glimlacht zacht.
“Laten we beginnen met iets dat je kent. Zie je de zon, voel je haar warmte?”
De vlinder landt opnieuw op de hand van Leonie. Nu iets zachter.
“Ik zie een heldere lichtbol en ik voel warmte, ja. Maar dat is toch gewoon licht en warmte?”
“Die warmte geef ik de kleur geel,” vertelt Leonie vrolijk.
De vlinder kijkt verrast en keert terug naar zijn kritisch zwart-wit denken.
“Het wordt nu wel heel warm, het maakt me dorst. Ik heb nood aan de koelte van de rivier, die frisheid over mijn vleugels.”
De vlinder vliegt naar de rivier.
“Wat voel je nu?”
“Het water is nat en koud is koud,” antwoordt de vlinder.
“Dat is hoe ik blauw benoem,” reageert Leonie, “het is een frisse rust, een kalmte die je kunt voelen.”
De vlinder lijkt te twijfelen, zijn kleurloze wereld wankelt.
“Maar hoe kan ik zeker zijn van deze kleuren als ik ze niet echt zie?”
“Kleuren zijn reflecties. Ze zijn er, zelfs als je ze niet ziet. Je kan ze voelen en beleven op je eigen manier.”
“En rood?”
“Rood is warm, passie, liefde,” legt Leonie uit, “het is het gevoel van opwinding, de tinteling van vreugde. Heb je soms vlinders in je buik, vlinder?”
De sprieten van de vlinder voelen rood aan en ze neemt blozend afscheid.
“Misschien,” zegt hij aarzelend, “is er meer in deze wereld dan mijn zwart-witte uitzicht. Misschien moet ik leren voelen en ervaren, niet alleen zien.”
De vlinder vliegt verder mee met de zwerm fladderende vlinders: onopvallend!
De helderziende mol
Leonie rust wat uit op het zachte gras, terwijl ze nageniet van de kleurrijke vlinders. En dan…
“Auw, wat voel ik hier aan mijn rug?” mompelt ze, terwijl de grond begint te trillen.
“Hallo, wat een mooie kleurrijke dag hebben we morgen weer!” begroet de mol Leonie, terwijl dat hij uit zijn hoop aarde tevoorschijn komt.
“Je duwde op mijn rug!”
“Een beetje weerstand kan nooit kwaad. Ik ben op weg naar morgen en dat elke dag opnieuw,” vertelt de mol.
Leonie, die zich nu op haar zijde heeft gedraaid, kijkt naar de mol die met zijn neus rechtop, de omgeving besnuffelt vanop de verse hoop aarde.
“Je werkt altijd in het donker… dat vind ik een beetje eng,” zegt ze met twijfel in de stem.
De mol ziet wat Leonie bedoelt en toch…
“In het donker liggen de mooiste geheimen verborgen!”
“Echt waar? Maar hoe zie jij je die dan?”
“In het donker gebruik je je hart, je verbeelding. Het leidt je naar prachtige dromen! Ik ben blij dat ik niet kan zien, dat zorgt enkel voor afleiding.”
Leonie is steeds niet overtuigd en vraagt door: “Is het niet eng, al die donkere ruimtes gevuld met onzekerheid?”
“Juist spannend,” zegt de mol, “elke tunnel kan naar iets wonderbaarlijks leiden. Ja, het voelt soms eng, en dat maakt het juist een avontuur!”
Leonie’s begint de mol te begrijpen.
“En maak je soms nutteloze tunnels?”
“Interessant!” vult de mol aan, “ik graaf dan met de idee dat de tunnels vaak ook door andere wezens gebruikt worden. Wezens die hun weg kwijt zijn”, grapt de mol.
“Die wezens graven misschien te veel in het verleden,” vult Leonie aan.
“Weet je, graven in het verleden kan leerzaam zijn. Het vertelt je waar je vandaan komt. Het mag echter je toekomst niet in de weg staan, toch?”
Ze neemt Willy weer bij de hand terwijl ze sierlijk van de ene hoop aarde naar de andere springt. Ze neemt afscheid van de mol!
“Tot in de toekomst, helderziende mol!”
“Tot een andere morgen Leonie, en vergeet niet, het verleden is een fundament, geen gevangenis.”
Met haar fantasie als partner, zet ze haar droom verder, altijd met Willy bij de hand.
Compost
“Wat ruikt hier zo sterk?”
Benieuwd nadert Leonie de composthoop. Op een stinkende massa ziet ze een huilend zwart beestje.
Zijn glanzende pantser glinstert in het zonlicht. Zijn ogen weerspiegelen een diepe melancholie.
“Wie ben jij en waarom ben je zo verdrietig?”
“Zwijg en laat me met rust!”
Leonie respecteert het commando. Het verdriet verdient haar stille aandacht.
De bejaarde mestkever kijkt op.
“Wat brengt een jong meisje naar een stinkende heuvel en probeert met een oude kever te praten?” vraagt hij met een ruwe toon.
“Ik was nieuwsgierig,” antwoordt Leonie, hoewel het hier vies ruikt, wil ik er toch zijn.”
“Dat is lief van je, ik ben Scarabee,” zucht de mestkever diep, “ooit, was ik een symbool van groei en verandering. In oude culturen werd ik vereerd, maar nu… nu ben ik enkel een teken van afkeer, een symbool voor alles wat stinkt. En mensen dumpen hier hun tuinafval en komen nooit meer terug.”
Leonie knielt naast hem neer, haar blik vol medeleven.
“Misschien zien mensen je niet en lopen ze weg van de compost. Ik vind je mooi. Zonder deze massa zouden er trouwens geen vruchtbare velden zijn, geen bloemen die bloeien.”
“Daar hebben ze nu andere middelen voor!”
Leonie stemt in.
“Mensen gebruiken medicatie voor hun planten en alles wat natuurlijk waardevol is dumpen ze. Dus, wat mensen als afval zien, is eigenlijk iets waardevols, jij bewaakt een verborgen schat, toch?”
“Ik ben een schatbewaarder!” roept de mestkever, het dier is overtuigd van Leonie’s wijsheid, terwijl zijn antennes trillen van opwinding.
“Ja!” zegt Leonie enthousiast, “het is tijd dat mensen weten welke waarde jij beschermt.”
“Maar hoe kan ik de mensen laten zien dat wat ik doe belangrijk is? Ze ruiken alleen de stank, de afkeer…”
“Stel dat de wereld je ziet als een schatbewaarder, Scarabee.“
Leonie glimlacht en staat op, klaar om haar weg te verder te zetten.
Scarabee’s schouders zakken en hij gaat ontspannen liggen:“Een échte schatbewaarder!”
De rust
“Wat is het hier stil. Het voelt hier zo rustig aan…”
Leonie overziet een vlakte gevuld met insecten.
Elk wezen, van de kleinste mier tot de meest sierlijke vlinder, zitten samen in een stille harmonie.
Een bidsprinkhaan draait langzaam tot Leonie: “Ssst… dit is een speelplaats van rust!”
“Moet een speelplaats niet druk zijn, vol lawaai van joelende kinderen?”
“Ook rust heeft een speelveld. Het is een omgeving waar je gedachten en gevoelens in rust samen kunnen werken.”
Leonie gaat zitten, omringd door de stilte van de insecten.
“Hoe vind je die rust?” vraagt Leonie zich af, “ik voel me soms zo onrustig.”
“Het is ervoor kiezen en vooral goed kijken en luisteren naar binnen.”
De bidsprinkhaan neemt Leonie mee in alle rust wandelend tussen de insecten. Ze houden even halt.
“Ik voel me nu zoals wanneer ik stil ben in de klas en goed oplet. Ik voel me dan ook beter en snap dingen sneller.”
“Zeer goed!” zegt de bidsprinkhaan, “het is je eigen rustige plekje van focus vinden, ook als er om je heen veel gebeurt.”
Leonie kinkt instemmend.
“Maar dat is soms zo moeilijk!”
“Het is vooral oefenen,” zegt de bidsprinkhaan, “elke keer als je het probeert, kom je er beter in. Het is als leren springen of rennen. Het wordt makkelijker en steeds leuker.”
Leonie knikt.
“Dus als ik me druk of boos voel, kan ik zoeken naar een stille plaats? En dan voel ik me misschien beter?”
“Dat kan,” knikt de sprinkhaan, “en hoe vaker je dat plekje zoekt, hoe makkelijker het wordt om je kalm en blij te voelen.”
“Toon me die plaats!”
“Beeld je in dat je hart in alle rust klopt en je ademt langzaam…”
Leonie sluit spontaan haar ogen.
“Je hoort scherper, je voelt je hart en je ademt rustig in en uit. Je voelt elk stukje van je lichaam.”.
“Tik… tik… tik…”
Midden in de nacht schrik ik wakker van een tikkend geluid dat door de stilte snijdt, een echo in de stille gangen van ons huis.
Ik sluip door de kille gang naar Leonie’s kamer. De deur piept zachtjes terwijl ik die open.
Voorzichtig loop ik naar het raam waar het geluid vandaan komt. Het zijn de luiken die tegen het kozijn tikken. Ik sluit ze.
Ik blijf even staan, luisterend naar het zachte geluid van haar adem.
Daar ligt ze, in alle rust op haar rug, haar ademhaling diep en regelmatig, een zacht ritme in de stille nacht. Ze is het toonbeeld van rust, haar kleine lichaam rijst en daalt met elke adem. Zo rustig zag ik haar nog nooit.
Ik kijk naar Leonie’s lieve lachende gezichtje.
Het is alsof de eerdere chaos van de nacht plaats heeft gemaakt voor een een kostbaar moment van stilte en kalmte.
Stilletjes trek ik me terug uit haar kamer. Ik voel de beelden van Leonie’s rust. Ik sluit mijn ogen en laat dit moment over me heen vallen.
Ik glijd langzaam in mijn eigen droom.
Nieuw begin
“Papa!” roept Leonie, haar stem een mix van verrassing en vreugde, “wat doe jij hier?”
“En wat doe jij hier?” vraag ik , mijn hart gevuld met geluk haar hier te vinden.
“Maakt het uit?” lacht ze, “hier zijn we samen!”
“Kom je mee?”
Ze trekt me mee en we springen op de rug van de glinsterende libelle.
We vliegen samen hoger en hoger, lachend en genietend van elkaars gezelschap. Onder ons ontvouwt zich de tuin van verwondering, een pallet van kleuren en leven. De wereld is even van ons alleen.
Plots verandert onze koers. Het ochtendlicht overheerst ons tafereel. We zweven naar een plek waar het licht zachter is, de lucht zoeter, en de bloemen in serene tinten bloeien.
“Kijk daar!” roept Leonie.
Ik kijk naar beneden.
Daar in het veld zien we een moeder met een kind. Ze spelen samen, omringd door bloeiende bloesems en het zachte gras. Het kind lacht en dartelt, elke beweging een dans van puur geluk.
De moeder heft haar blik, haar ogen glinsterend met een mengeling van liefde en sereniteit. Ze wenkt ons, nodigt ons uit om dichterbij te komen.
We landen naast hen. Leonie stapt dichter naar haar zus, haar ogen groot van verwondering. Ze reikt haar hand en het kind grijpt haar vinger met haar kleine en krachtige handje.
Een gevoel van verbondenheid vervult het tafereel. Ik kijk naar de moeder, en we delen een stille glimlach, een onuitgesproken begrip van het wonder dat voor ons speelt.
Hier, in deze kleine oase van vrede en licht, heerst een diepe dankbaarheid. Voor de wonderen van de tuin, voor de kostbare momenten en voor de eeuwige cyclus van leven die zich voor onze ogen ontvouwt.
Het is een moment van pure magie, een herinnering aan de schoonheid en verbondenheid die overal om ons heen bestaat.
Slotwoord
“Help, mijn papa is een coach!” is meer dan een titel. Het is een venster naar de ziel van elke coach, een blik in de spiegel. Het toont dat passie en identiteit onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.
De parallellen tussen mijn leven als professioneel basketbalcoach en dat van Karl als bedrijfscoach zijn opmerkelijk. Het herinnert ons eraan dat coaching niet slechts een rol is die we aannemen, maar een essentieel deel van wie we zijn. Het is een passie die zich niet verstopt, maar die zichtbaar is in elke actie die we ondernemen, in elk woord dat we spreken, in elke beslissing die we nemen.
Zowel Karl als ik, we kiezen beide paden die niet de gemakkelijkste zijn, maar wel de meest betekenisvolle. We gaan ervoor ons hart te volgen, een keuze die ons niet alleen definieert als coaches, maar ook als mens. Deze keuze, hoewel verre van eenvoudig, is de kern van authenticiteit en toewijding.
Dit boek heeft me echter ook geconfronteerd met een dubbele realiteit – de tol die het leven van een coach eist van een gezin. De passie die ons drijft, de uren die we investeren, de energie die we steken in het coachen, ons zelf te verbeteren, het heeft allemaal een prijs. Een prijs die niet door ons alleen wordt betaald, maar ook door onze omgeving.
Binnen deze complexe balans van passie en verantwoordelijkheid, ligt een diepere waarheid. Het is de onvoorwaardelijke steun van een gezin die mij in staat stelt om te blijven streven, om te blijven groeien, en om de beste versie van mezelf te zijn, zowel binnen als buiten het veld. Deze steun is de krachtige getuigenis van onvoorwaardelijke liefde.
“Dit boek is een aanrader voor iedereen die het opvoeden van kinderen combineert met gepassioneerd bezig zijn met werk.”
Karl draagt zijn hart vol dankbaarheid en passie voor zijn vak.
Dankbaar jou te kennen!
Philip Mestdagh
27 januari 2024
Dankwoord
Mijn diepste dank gaat naar de ster van deze reis, Leonie met Willy, haar nieuwsgierigheid en vreugdevolle wijsheid. Leonie leert mij dat de wereld vol is van wonderen, verborgen in de eenvoud. Dank je wel aan Liesbeth, de mama van Leonie. Ze liet Leonie meegaan in dit verhaal.
“Tasjakor Zeinab”, en mijn kersverse dochtertje Nora, voor de steun en liefde. Jullie leren mij om te dromen en te geloven. Zeinab, je leert me dat liefde veel meer is dan “houden van.”, azizam. Je luistert naar mijn twijfel. Je bent mijn beste coach!
Dank aan mijn vrienden en collega’s Steff en Hans van The House of Coaching. Ik geniet van ons avontuur!
“Ahoi Koen!” Je bent voor altijd mijn Breinpiraat en -kameraad. Henk Wynands, mijn vriend en collega van The Visual Communication Company, jouw visuele inspiratie is mijn dagelijkse stimulans om de wereld te verbeelden met pen en papier.
Dank aan Peter Perceval, je leerde mij het klokhuis van humor en storytelling opnieuw ontdekken. Je nodigde mij uit de plankenkoorts die ik niet meer had opnieuw te ervaren.
Aan de mede-studenten van NLP University in Santa Cruz (VS), die hun kennis en inzichten hebben gedeeld, jullie verdienen een welgemeende “Thank You”.
Een speciaal woord van dank voor Robert Dilts. Ik maakte op woensdag 16 augustus 2023 aan de Universiteit van Californië in Santa Cruz, de belofte om een NLP-avontuur te schrijven vanuit mijn innerlijke kind. Dit is mijn “legacy”!
Dank aan Stijn en Gil samen met de vele andere kandidaat-voorlezers voor hun kritische blikken.
Dank aan topcoach en vriend Philip Mestdagh voor zijn inspirerend slotwoord.
Tot slot een woord van dank voor mijn 2 zielsverwanten Franco Torres uit Argentinië en Kyoko Fumihira uit Japan.
Zij hielden het vuur brandend op deze reis. Ze wonen aan de andere kant van deze aardbol, en verblijven toch in mijn wereld!
En aan jou, lieve lezer, dank je wel voor het openen van je hart en het verwelkomen van Leonie en Willy in jouw wereld.
Tot gauw!
Karl Mortier
28 januari 2024
én de verborgen schat…
Terwijl je de laatste pagina omslaat, wens ik stiekem dat je lachend dit avontuur hebt beleefd. Ik ben benieuwd naar wat dit boek jou aanreikt! Laat het mij weten. Ik luister graag naar jouw diepere inzichten.
Dit verhaal eindigt niet met dit boek. Het begint pas.
Voor jij, die nog meer wilt ontdekken, is er een schatkist vol extra’s waar ik dagelijks aan werk.
Scan de QR-code en ontgrendel een exclusieve pagina vol unieke bronnen. De schatkist groeit en de reis gaat verder.
Dank je wel!
Karl Mortier
karl.mortier@thehouseofcoaching.com
+32 475 40 99 25